16
juni
2008
|
00:00
Europe/Amsterdam
Opnieuw hattrick voor Audi in Le Mans
Niet minder dan 258.500 bezoekers, een nieuw record, waren getuige van het met spanning verwachte duel tussen Audi en concurrent Peugeot. Uiteindelijk wist Audi de strijd met de Franse fabrikant in zijn voordeel te beslissen, waarbij het verschil na 24 uren racen niet meer dan 4,31 minuten bedroeg. De hele race lagen de winnende Audi R10 TDI en de snelste van de drie Peugeots nooit meer dan een ronde uit elkaar. Aanvankelijk bepaalde de Peugeot het tempo, maar in de nacht bleken de betrouwbaarheid en de efficiëntie van de Audi toch de doorslaggevende factor. Nadat het in de nacht was begonnen te regenen, namen Capello, Kristensen en McNish om 5.18 uur de leiding over en stonden die daarna niet meer af. Met name in de tweede helft van de wedstrijd zorgden de sterk wisselende weersomstandigheden met telkens weer fikse regenbuien ervoor dat er vaak banden gewisseld moesten worden.
Daarbij profiteerde Audi van de ervaring van de coureurs en het Audi Sport Team Joest, dat de inzet van de winnende R10 TDI in Le Mans voor zijn rekening nam. Het enige spannende moment deed zich kort voor het einde van de race voor, toen Tom Kristensen buiten zijn eigen schuld werd aangereden door een langzamere deelnemer en daarbij met zijn auto in de rondte ging. Daarbij liep hij echter geen schade op - waaruit maar weer eens bleek hoe robuust de Audi R10 TDI gebouwd is.
Voor Kristensen was het zijn achtste overwinning in Le Mans, waarmee hij zijn eigen record verder verbeterde. Allan McNish won voor de tweede keer na 1998 en voor de eerste keer met Audi. Dindo Capello zegevierde voor de derde maal na 2003 en 2004. Doordat Audi met de R10 TDI in de jaren 2006 tot en met 2008 nu drie overwinningen op rij heeft behaald, mag de fabrikant de wisselbeker van Le Mans definitief houden. Eerder gebeurde dat al na de zegereeks in de seizoenen 2000, 2001 en 2002.
De beide andere Audi’s R10 TDI kwamen als vierde en zesde over de eindstreep. De jonge rijders Lucas Luhr, Alexandre Prémat en Mike Rockenfeller maakten lange tijd kans op een podiumplek, maar in het voorlaatste uur moest het oliefilter van hun auto gewisseld worden. Ook Frank Biela, Emanuele Pirro en Marco Werner, de winnaars van 2006 en 2007, hadden pech. De koppeling van hun auto moest op zondagochtend worden vervangen.
Rupert Stadler, voorzitter van de raad van bestuur van AUDI AG, prees de inzet van zijn team: “Zowel voor de rijders en het team als voor de efficiëntie van de Audi-TDI-technologie was het een succes. En het was een van de spannendste Le Mans-races, die ik me kan herinneren. We hadden een sterke concurrent, die een snelle auto had. Maar opnieuw is duidelijk gebleken dat het in Le Mans vooral op betrouwbaarheid en efficiëntie aankomt.”
Daarbij profiteerde Audi van de ervaring van de coureurs en het Audi Sport Team Joest, dat de inzet van de winnende R10 TDI in Le Mans voor zijn rekening nam. Het enige spannende moment deed zich kort voor het einde van de race voor, toen Tom Kristensen buiten zijn eigen schuld werd aangereden door een langzamere deelnemer en daarbij met zijn auto in de rondte ging. Daarbij liep hij echter geen schade op - waaruit maar weer eens bleek hoe robuust de Audi R10 TDI gebouwd is.
Voor Kristensen was het zijn achtste overwinning in Le Mans, waarmee hij zijn eigen record verder verbeterde. Allan McNish won voor de tweede keer na 1998 en voor de eerste keer met Audi. Dindo Capello zegevierde voor de derde maal na 2003 en 2004. Doordat Audi met de R10 TDI in de jaren 2006 tot en met 2008 nu drie overwinningen op rij heeft behaald, mag de fabrikant de wisselbeker van Le Mans definitief houden. Eerder gebeurde dat al na de zegereeks in de seizoenen 2000, 2001 en 2002.
De beide andere Audi’s R10 TDI kwamen als vierde en zesde over de eindstreep. De jonge rijders Lucas Luhr, Alexandre Prémat en Mike Rockenfeller maakten lange tijd kans op een podiumplek, maar in het voorlaatste uur moest het oliefilter van hun auto gewisseld worden. Ook Frank Biela, Emanuele Pirro en Marco Werner, de winnaars van 2006 en 2007, hadden pech. De koppeling van hun auto moest op zondagochtend worden vervangen.
Rupert Stadler, voorzitter van de raad van bestuur van AUDI AG, prees de inzet van zijn team: “Zowel voor de rijders en het team als voor de efficiëntie van de Audi-TDI-technologie was het een succes. En het was een van de spannendste Le Mans-races, die ik me kan herinneren. We hadden een sterke concurrent, die een snelle auto had. Maar opnieuw is duidelijk gebleken dat het in Le Mans vooral op betrouwbaarheid en efficiëntie aankomt.”
