13
juni
2010
|
00:00
Europe/Amsterdam

Audi met nieuwe technologie naar recordzege in Le Mans

Meer dan ooit waren efficiëntie en betrouwbaarheid bepalend voor succes tijdens de 24 Uur van Le Mans, elementen waarin Audi in het bijzonder uitblinkt. Niet voor niets staat het merk bekend om zijn zeer efficiënte auto’s. Ook de drie Audi R15 TDI-sportwagens, die werden ingezet door het Audi Sport Team Joest, legden de volledige race zonder het kleinste technische probleem af en bezetten na de Le Mans-race met de hoogste gemiddelde snelheid aller tijden de eerste drie plaatsen.



Nieuwe technologie aan de basis van succes

De drievoudige overwinning voor Audi in Le Mans werd mede mogelijk gemaakt door een nieuwe technologie, die de afgelopen drie jaar in het geheim door Audi Sport voor de racerij werd ontwikkeld. De circa 440 kW sterke V10-TDI-motor van de Audi R15 TDI is namelijk voorzien van turboladers met variabele turbinegeometrie (VTG). VTG-laders zijn bij Audi in de serieproductie standaard. De toepassing in Le Mans helpt de ingenieurs van Audi bij het verder ontwikkelen van de compactere, hoog-efficiënte turbomotorenb voor de toekomst. “In Le Mans hebben we te maken met temperaturen van boven de 1000 graden, wat bij seriemotoren nog niet voorkomt” verklaart Ulrich Baretzky, hoofd motorentechniek bij Audi Sport. “Door de downsizing worden in de toekomst ook bij seriemotoren vergelijkbare temperaturen bereikt. Daarom is VTG opnieuw een goed voorbeeld hoe er bij Audi sprake is van technologietransfer tussen de autosport en de serieproductie.


Bewust niet de snelste, maar wel betrouwbaar en efficiënt

Dit jaar was de belasting van de dieselmotoren door de beperkingen die het technisch reglement voorschreef, bijzonder hoog. “Betere prestaties bereiken en dan nog betrouwbaar zijn, dat is een grote uitdaging, die ons team bijzonder goed heeft waargemaakt”, zegt Audi-sportdirecteur dr. Wolfgang Ullrich. “We hebben het potentieel van de V10-TDI-motor dit jaar bewust niet volledig benut, om geen onnodige risico’s te nemen. Daarom wisten we al voor de race, dat onze auto niet de snelste was, maar wel zeer betrouwbaar en efficiënt. We hebben de laatste maanden erg hard voor dit resultaat gewerkt. Daarom is dit succes des te mooier.”



Timo Bernhard, Romain Dumas en Mike Rockenfeller reden op weg naar hun eerste overwinning in Le Mans en het nieuwe afstandsrecord een volledig foutloze race. De enige incidenten waren een langzaam leeglopende band kort voor het einde van de race en een afgebroken rechter buitenspiegel. Bij de auto van het als tweede geklasseerde team Marcel Fässler, André Lotterer en Benoît Treluyer moest twee maal de neuspartij worden vervangen. Het winnende team van 2008, Tom Kristensen, Dindo Capello en Allan McNish, was in de beginfase van de race het beste Audi-team, maar Kristensen raakte in de bandenstapel toen hij moest uitwijken voor een langzaam rijdende auto uit de GT2-klasse. Met snelle rondetijden reed het trio gestaag weer naar voren, waar de derde plaats uiteindelijk de beloning vormde.



Christijan Albers haalt finish niet, maar is wel tevreden

De Nederlandse coureur Christijan Albers, die evenals vorig jaar met een Audi R10 TDI van het Duitse Kolles-team deelnam aan de 24 Uur van Le Mans, haalde ditmaal de eindstreep niet. Een defect in de transmissie betekende in de slotfase het voortijdige einde van de race voor Albers en zijn teamgenoten, de Britse Audi-DTM-coureur Oliver Jarvis en de Deen Christian Bakkerud. “Natuurlijk is het altijd jammer als je uitvalt, zeker omdat we daarvoor vrijwel probleemloos reden. Maar deze race heb ik wel weer op mijn CV staan en daar ben ik tevreden mee.”

tp://app.webservicedevlop.tp